In de koude dagen is niets zo gezellig als een brandend haardvuur. Het knetteren van het vuur en de heerlijk warmte is voor veel mensen een reden om de kachel in de winter lekker op te stoken. Helaas is de rook ongezond voor jouzelf en je omgeving. Bij het verbranden van hout komen fijnstof en andere schadelijke stoffen in de lucht. Daarnaast is hout stoken ook niet erg duurzaam. Veel van de warmte vliegt via de schoorsteen naar buiten.
Wil je toch af en toe gebruik maken van je houtkachel? We delen graag negen tips met je die je kan gebruiken voor het stoken van je open haard en houtkachel.
1. Speciale momenten
Steek de open haard of houtkachel alleen aan bij speciale momenten. Check vooraf ook de website Stookwijzer.nu om te zien of je veilig kunt stoken. Laat het vuur uit bij windstil of mistig weer. Bij dit weer blijft de rook namelijk hangen waardoor de lucht om je huis erg ongezond wordt.
2. Stook alleen droog hout
Als je alleen droog hout stookt, geeft dat het minste fijnstof en rook. Droog hout herken je aan barsten of een schors die loslaat. Hout dat je zelf gehakt hebt moet je minstens 2 jaar laten drogen. Met een vochtmeter kun je controleren of het hout droog genoeg is. Tussen de 15 en 20 procent is goed.
3. Stook nooit hout dat is bewerkt
Hout dat is geverfd, gebeitst of geïmpregneerd: bij de verbranding komen zware metalen vrij. Het is zelfs verboden om dit soort hout te stoken. Ook gelijmd hout, zoals spaanplaat, vlokkenplaten en laminaatvloeren, hoort niet in de haard of kachel. Papier en karton verbranden is ook verboden. Het geeft namelijk veel rook en vliegas.
4. Aansteken van het vuur
Volg de instructies van de fabrikant of leverancier van de kachel of haard voor het aansteken van het vuur. De manier waarop je de kachel aansteekt maakt namelijk veel uit voor hoeveel fijnstof er vrijkomt. Gebruik geen spiritus of andere brandbare vloeistoffen om het vuur aan te steken, dat is gevaarlijk.
5. Laat je schoorsteen vegen
Laat de schoorsteen minstens één keer per jaar goed vegen, zodat de rook goed naar buiten kan. Dat is ook veiliger: je hebt minder kans op een schoorsteenbrand.
6. Goede luchttoevoer
Zorg voor goede luchttoevoer. Laat het hout dus niet smoren en laat het vuur vanzelf uitbranden. Er komen dan minder schadelijke stoffen vrij. Hoe regel je de luchttoevoer? Nieuwere houtkachels regelen de luchttoevoer automatisch. Zet bij een open haard de klep in de schoorsteen helemaal open, en bij een oudere houtkachel de luchttoevoerklep van de kachel.
7. Voldoende ventilatie
Zorg voor voldoende ventilatie door de ventilatieroosters of een raampje open te zetten. Het vuur kan dan lucht (zuurstof) aantrekken en de rook kan via de schoorsteen naar buiten.
8. Kijk naar het vuur
Controleer of je goed stookt: een goed vuur heeft gele, gelijkmatige vlammen en er komt bijna geen rook uit de schoorsteen. Oranje vlammen en donkere rook geven aan dat de verbranding niet goed is: zet dan een raampje open voor meer zuurstof.
9. Hout met een keurmerk
Gebruik haardhout met het FSC- of PEFC-keurmerk. Dat garandeert dat het uit verantwoord beheerd bos komt.
Duurzaam stoken
Wil je meer weten over het duurzaam stoken? Of ben je benieuwd welke andere duurzame maatregelen je kunt nemen om energie te besparen? Start nu met je eigen adviesplan van Energiek Zeeland en onze ambassadeur helpt jou verder.
Start direct met je eigen plan
Voer je postcode en voorschot bedrag in zodat we jouw gegevens kunnen ophalen.
Heb je al een account